“wat zie je er nog goed uit!” is een veelgehoorde kreet de
laatste weken of maanden eigenlijk. Ik vraag me dan meteen af wat mensen
verwachten te zien. Mensen zullen zich wel een voorstelling maken van wat ze
kunnen verwachten als ze mij zien. Ik vraag me af hoe die voorstelling eruit
ziet, bleker? Dunner? Geler? Geen idee. Ik zit er nog goed bij heb ik me laten
vertellen. Ik heb een aantal nare bijwerkingen van de chemo maar ook een aantal
verwachte bijwerkingen die ik uiteindelijk niet heb of die ik redelijk kan
onderdrukken. Zo had ik de eerste week na de chemo al mijn mond kapot, een
andere tandpasta en andere tandenborstel hebben dit probleem redelijk
verholpen. Nog steeds heb ik snel mijn wangen en lippen kapot aan de binnenkant
en regelmatig pijnlijke aften op mijn tong maar de gaten vallen nog niet in
mijn tandvlees. Mijn beste vriend vroeg hoe het komt dat ik er nog redelijk
doorheen kom. Ik denk dat er meerdere dingen meespelen, ten eerste denk ik dat
heel veel mensen bij chemo en kanker het idee hebben van ‘komt een vrouw bij de
dokter’ en meer van zulke films. Waarin de personen kotsend op de badkamervloer
liggen en het uitschreeuwen van de pijn. Wellicht dat zulke mensen er zijn maar
ik heb me door mijn eigen arts ook laten vertellen dat dat beeld eigenlijk niet
meer strookt met de realiteit (gelukkig!). De laatste jaren zijn er heel veel
medicijnen gekomen tegen overgeven die echt heel goed werken. Dat neemt niet
weg dat ik heel erg veel misselijk ben, de hele dag door maar overgeven zit er
gelukkig nog niet bij.
Ten tweede denk ik dat positiviteit heel veel doet. Ik zeg
op de dagen dat het redelijk gaat “bij twijfel, gaan”. Als ik misselijk en
beroerd op de bank lig maar ik denk dat er misschien een kans bestaat dat ik
het wel red om op de fiets met de hond naar het losloopveldje te gaan dan ga
ik. Soms is dat best een gok omdat ik tegen de tijd dat ik weer thuis ben nog
beroerder ben dan ik was toen ik weg ging. Dan is het eigenlijk iets te veel
maar goed, dan ben ik toch blij dat ik geweest ben. Soms knap ik er ook juist van
op. Ik probeer zodra ik me ook maar een tikkeltje beter voel dingen te
ondernemen, als het niet gaat kan ik me altijd weer op de bank storten.
Ten derde weet ik dat ik aan bezoek, vrienden die langskomen
etcetera niet echt eerlijk laat zien hoe ik me voel. Ik weet dat ik dit wel mag
laten zien, ik heb onderhand wel een geldige reden. Maar toch vind ik dat heel
lastig. Ik stel me niet graag kwetsbaar op en deze kanker maakt me kwetsbaar.
Ik moet me op sommige momenten overgeven aan de zorg van anderen, dingen uit
handen geven, dingen vragen die ik zelf niet meer kan en iedereen weet dat ik
ziek ben. Dat valt me nog zwaar. Zo vind ik het heel erg moeilijk om te gaan
liggen als er andere mensen zijn. Ik heb momenten dat er bezoek is en ik steeds
misselijker wordt omdat ik per se wil blijven zitten op de bank. Ik ben dan te
koppig om te gaan liggen omdat dit te kwetsbaar voelt. Met elke kuur voel ik me
echter beroerder dus er zijn dagen dat het gewoon echt niet anders kan dan dat
ik blijf liggen. Ik vind het moeilijk om me hier aan over te geven maar zie het
ook als een mooi leermoment om me kwetsbaarder op te stellen. In ieder geval
kan ik me voorstellen dat mensen verwachten dat ik er beroerder bij zit/lig
omdat ik me toch beter voor doe als er mensen zijn.
Waar veel mensen vinden dat ik er nog goed bij zit merk ik
dat andere mensen weer geen flauw idee hebben wat een aanslag deze kanker en
vooral de chemo heeft op mijn (of iemands) lijf. Ik weet dat er heel erg veel
verschillende soorten chemo zijn en dat er ook veel soorten zijn waar iemand
weinig last van kan hebben. Maar van deze kuren is er niemand die zegt “och, ik
heb er eigenlijk weinig last van”, dat bestaat gewoon niet. Om iets van een
idee te proberen te geven dus maar een overzicht van de twee weken tussen twee
kuren in.
Dag 1
Om 9.30 gaat de wekker. Ik druk de snoozebutton in en draai
me nog een keer om. Gisteren ben ik laat naar bed gegaan, zo laat mogelijk want
ik wilde vandaag zo lang mogelijk uitstellen. Vandaag is het weer chemodag.. ik
ben bij het opstaan al misselijk en heb het chemo gevoel al in mijn maag. Dit
zit allemaal tussen mijn oren omdat ik weet hoe ik me over een paar uur ga
voelen, vreselijk. Ik zie er elke keer meer tegen op. Ik mag 5 keer hardop
zeggen “ik heb geen zin” en dan schud ik het gevoel van me af en sta op. Nadat
ik gedoucht heb zoek ik makkelijk zittende kleding uit, het liefst zou ik in
mijn joggingbroek en slobbertrui gaan maar ik heb besloten dat dat te ver gaat.
Ik loop een rondje met de hond en geniet hier nog meer van dan normaal. De
komende week weet ik al dat ik hier te beroerd voor ben dus ik geniet van het
zonnetje en de kwakende eendjes in de vijver. De hond rent vrolijk voor me uit
en blaft naar de vissers, ik lach er om en registreer mijn geluksmomentje van
vandaag in mijn hoofd. Bij thuiskomst ben ik meteen weer misselijk, ik dwing
mezelf om te ontbijten want een lege maag met chemo is al helemaal niet fijn.
Ik neem de eerste pil voor vandaag in, een grote die een uur voor de chemo
start ingenomen moet worden. Deze zorgt er voor dat het overgeef-/kokhals
reflex uitgezet wordt en die ervoor zorgt dat voedsel vanuit mijn maag snel
verder gevoerd wordt. Dit schijnt ook te helpen tegen misselijkheid. Nou zit
mijn misselijkheid nu nog tussen mijn oren dus daar helpt het helaas niet
tegen.
Om 10.30 meld ik me samen met een vriendinnetje op de
kankerafdeling in het ziekenhuis. Ik moet lang wachten in de wachtkamer. Ik
probeer me er niet druk om te maken maar vind het toch irritant. Ik kom hier al
niet echt voor mijn lol en hou niet van wachten in wachtkamers. Als ik
eindelijk aan de beurt ben mag ik kiezen of ik in de aparte kamer wil of bij de
anderen op de zaal. Ik vind het wel prettig op de zaal, het geeft wat afleiding
als er meerdere mensen zitten. De mensen die ik tot nu toe heb gezien zijn
allemaal een stuk ouder. Ook heb ik pas 1 vrouw gezien die ook kaal was en een
mutsje droeg. Verder heeft iedereen gewoon haar. De andere mensen zijn met een
uurtje ook weer weg. Ze hebben allemaal 1 of 2 zakjes chemo, of krijgen een
onderhoudskuur van 1 zakje. “zo jij hebt er veel” krijg ik voor de tweede keer
te horen als de zuster mijn infuuspaal vol hangt met 5 zakjes. Ja.. ik zit hier
nog wel een poosje (zucht..).
Als alles er weer in zit lopen we naar de uitgang. Na de
kuur wil ik standaard een ijsje, omdat ik daar zin in heb, omdat ik honger heb
vanwege de pil die zorgt dat mijn maag leeg blijft en omdat ik vind dat ik dat
verdien. Dus we eten een ijsje en rijden dan naar huis.
Bij thuiskomst ga ik eerst twee uur slapen. Daarna verhuis
ik naar de bank waar ik de rest van de dag met mijn ogen dicht wacht tot deze
akelige dag voorbij is. Ik ben te beroerd om de tv aan te hebben, soms heb ik
even muziek aan maar meestal lig ik gewoon te liggen met mijn ogen dicht.
Dag 2
Mijn moeder brengt ontbijt op bed en neemt de hond mee. De
eerste weken was mijn ontbijt deze dagen een boterham, daarna een halve
boterham, inmiddels is een glaasje ontbijtdrink het enige wat ik weg krijg. Ik
moet iets eten om de pil tegen misselijkheid te kunnen innemen. Als het glas
leeg is draai me om en probeer verder te slapen, ik wil de dag zo kort mogelijk
maken. Als ik voor de tweede keer sleep ik mezelf naar de bank waar ik de rest
van de dag vrijwel niet meer af kom. Ik vraag mijn vader om tussendoor wat te
drinken te brengen. Ik slaap veel vandaag en tussendoor kijk ik een serietje.
Friends, want dat heb ik al zo’n 100 keer gezien. Een nieuwe serie of film kan
ik niet volgen omdat ik daar te beroerd voor ben. De hele dag ben ik misselijk
en te slap om zelfs maar naar de keuken te lopen (een gevallen sok is al teveel
moeite om op te rapen). Vandaag zet ik ook de spuit die mijn beenmerg aanspoort
om hard aan het werk te gaan. Deze spuit wordt elke keer gebracht nadat ik de
kuur gehad heb. Ik zet de spuit zelf, na die tientallen spuiten te hebben gezet
voor de hormonen kan ik dit ook, al is het wel een pijnlijke spuit. De katten
vinden het heerlijk om er bij te liggen terwijl ik met een dekentje op de bank lig
en zorgen vandaag voor mijn geluksmomentje.
Dag 3
Vandaag gaat het ochtendritueel hetzelfde als gisteren, dit
blijft de hele week zo. De dag gaat vrijwel hetzelfde als gisteren, veel op de
bank liggen en af en toe een aflevering Friends. De bekende vieze smaak komt
vandaag op zetten en de misselijkheid is nog net zo aanwezig als gisteren.
Dag 4
Ik voel me iets minder misselijk vandaag maar kan nog steeds
niet veel. Ik zorg wel zelf voor eten en drinken maar de hond uitlaten red ik
helaas nog niet. Om mijn spieren op te bouwen probeer ik tussendoor zoveel
mogelijk rechtop te zitten. Dit lukt een paar minuten en dan moet ik weer gaan
liggen. De vieze smaak is vol op aanwezig en blijft de rest van de week. Mijn
vingertoppen beginnen nu ook weer dof te voelen, nog een bijwerking, iets met
beschadigde zenuwen. Het voelt een beetje als wanneer je je vinger verbrand,
daarna is je vinger vrijwel gevoelloos, alsof er een blaar overheen zit. Lachen
om mijn serietje is vandaag mijn geluksmomentje, ik kan er nog steeds veel
plezier om hebben, ook al heb ik de afleveringen al ontelbare keren gezien, wat
kan een mens toch simpel zijn.
Dag 5
Ik voel me nog iets minder misselijk en red het om op de
elektrische fiets naar het losloopveldje te gaan! Van dit soort momenten kan ik
intens genieten. De hond vindt het ook heerlijk en rent vrolijk voor me uit.
Bij het veldje zit ik een half uur of iets langer op het bankje en klets wat
met de andere hondeneigenaren, heerlijk! Dat is mijn uitje voor vandaag, de
rest van de dag breng ik weer door op de bank, slapend of tv kijken. Ik lig in
de woonkamer van mijn ouders zodat ik af en toe wat aanspraak heb van mijn
vader die ook thuis is.
Dag 6
Ik voel me nog wat beter dan gisteren. Mijn moeder wil graag
even naar de Ikea en vraagt of ik mee wil. Ik heb veel zin om er uit te gaan
maar twijfel heel erg of ik dat wel ga redden. Mijn motto is een beetje “bij
twijfel, gaan!” dus we gaan. Als het niet gaat kunnen we altijd weer naar huis.
In de Ikea duwt mijn moeder me rond in een rolstoel en probeer ik me zoveel
mogelijk te ontspannen. Hoe meer ik kan ontspannen hoe langer ik het vol kan
houden. Heerlijk, zo’n Ikea tripje is echt een dagje uit! De rest van de dag
ben ik moe dus slaap ik vooral.
Dag 7
Dipdag.. de prednison is uitgewerkt dus ik voel me slechter
dan gisteren. Ik lig in de woonkamer bij mijn ouders op de bank zodat ik af en
toe wat aanspraak heb. Deze dag breng ik vooral slapend door, ’s avonds kan ik
even tv kijken. Ik geniet van de nieuwe plantjes en lantarentjes op de
vensterbank, fleurt de kamer toch weer op!
Dag 8
Misselijk misselijk misselijk.. het voelt niet zozeer als
griep-misselijkheid maar meer als wagenziek-misselijkheid. Moeilijk uit te
leggen wat het verschil is eigenlijk. Mijn vingers voelen ook nog steeds dof,
dit gaat tot aan de volgende kuur niet meer over en wordt ook met elke kuur
erger. ’s Avonds komt een vriend langs voor een uurtje. Ik kan het net
volhouden om dat uur rechtop te zitten en te kletsen. Ik geniet van het
gezelschap en de afleiding. Later in op de avond komt de botpijn opzetten. Dit
is pijn in mijn onderrug en heupen en wordt veroorzaakt doordat mijn beenmerg
hard aan het werk is om nieuwe bloedcellen aan te maken. Dit is standaard een
week nadat ik de spuit gezet heb. De pijn is erg heftig en morfine tabletten is
het enige wat verlichting geeft.
Jeej, een leuk kaartje van mijn oom en tante!
Heerlijk als ik zo beroerd op de bank lig en mijn vader komt de kamer binnen
met een envelop J
Dag 9
Misselijk misselijk.. nadeel van de morfine pillen is boven
alles moeheid. Aangezien ik niet zonder kan breng ik deze dag vrijwel geheel
slapend door. Voordeel is dat de dag snel voorbij is. Ik neem alleen ’s morgens
nog morfine want aan het eind van de middag komen mijn bazen op visite. Best
gezellig even bezoek. De vieze smaak trekt vandaag alweer iets weg en dingen
beginnen weer normaal te smaken. Mijn vingers zijn nog steeds dof, dit lijkt
eerder erger dan beter te worden.
Dag 10
Ik heb met een vriend afgesproken vanmiddag maar merk ’s
morgens al dat dat echt nog niet gaat lukken. Ik ben nog steeds erg misselijk
en nog duf van de morfine. Ook deze dag veel slapen dus, met tussendoor wat tv
kijken. ’s Avonds kan ik wel met de hond en uurtje naar het veldje (jeej!).
Dag 11
Verbazingwekkend hoe snel ik dan ook weer ineens kan
opknappen. Ik ben bij het opstaan nog wat misselijk maar kan wel zelf de hond
uitlaten vanmorgen. ’s Middags heb ik met een vriendinnetje afgesproken en de
afleiding zorgt ervoor dat ik de rest van de misselijkheid ook kwijt raak. Even
een uurtje of 2 van huis weg wat een feestje is! Daarna uitgeput maar zeer
tevreden. Ik merk nu dat mijn wimpers in rap tempo afscheid nemen van mijn
oogleden. Het ziet er al wat meer kalig uit en ook mijn wenkbrauwen staan er
zielig bij (dankbaar voor alle make-up uitvindingen die het er nog een beetje
normaal uit laten zien!)
Ook weer een mooie kaart van een tante met een “kop
op-gedichtje”.
Dag 12
Jeej! Ik zit weer in mijn goede dagen. ’s Morgens doe ik
rustig aan en ’s middags slaap ik een paar uur. Aan het eind van de middag heb
ik met 2 vriendinnetjes in de stad afgesproken en later nog met mijn zus, super
gezellig en optimaal gebruik gemaakt van deze dag, heerlijk!
Dag 13
Ik voel me goed vandaag, lichamelijk tenminste. Geestelijk
ben ik me alweer aan het voorbereiden op de volgende kuur. Ik kan een stukje
met de hond lopen en ’s avonds met mijn beste vriendinnetje en haar vriend
lekker uit eten. De rest van de dag poets ik mijn kamer zodat alles klaar is
voor volgende week.
Dag 14
Vandaag staat alweer erg in het teken van morgen. Ik heb een
afspraak met Dr. A om te bespreken of de kuur van morgen door kan gaan en hoe
het gaat met de bijwerkingen etcetera. Er wordt bloed afgenomen om te kijken of
mijn bloedwaarden redelijk zijn, het is elke keer de vraag of mijn beenmerg dit
snelle tempo van 1x in de 2 weken chemo nog aan kan. Tot nu toe gaat dit maar
er is wel te zien dat mijn beenmerg het zwaar heeft.
Het “oké” teken is weer gegeven dus ik kan me verder
geestelijk gaan voorbereiden op morgen. Voor mij is dat struisvogelpolitiek,
dus er zo min mogelijk mee bezig zijn. ’s Avonds spreek ik nog gezellig af met
een vriendinnetje en zorg ik dat de laatste dingen in huis klaar zijn.
Dag 15
En dan is het alweer chemo dag vandaag.. kuur 6.. nog 3 te
gaan. “nog maar drie” nee, nog wel DRIE! Elke kuur is er 1 te veel en elke kuur
is zwaarder en de herstelperiode langer dus de dagen dat ik me goed voel worden
er steeds minder.
Dusja.. dat is dan zo’n beetje een chemo week. Buiten
bankhangen, slapen en beroerd zijn niet veel activiteiten maar toch wel elke
dag geluksmomentjes en in het weekend dat ik me goed voel plan ik zoveel
mogelijk dingen om mezelf geestelijk weer op te laden voor de nieuwe ronde.