Mensen praten zachtjes, mijn schoonzusje laat enthousiast
foto’s zien van hun nieuwe pup. Ik luister mee maar heb mijn ogen gesloten.
Mijn ogen voelen vervelend en de rest van mijn lijf voelt beroerd, heel erg
beroerd. Ik lig zo stil mogelijk en adem rustig door. Na een halfuurtje moet ik
toch echt plassen dus kom ik langzaam overeind. Ik blijf even zitten met mijn
hoofd tussen mijn handen, ik wacht tot de duizeligheid iets wegtrekt en zucht
een keer voor ik langzaam opsta. Terwijl ik me overal aan vasthoud slof ik naar
de badkamer, ik vertrouw mijn benen niet daarvoor zijn ze te wiebelig. De rest
van de avond breng ik ook met mijn ogen dicht door op de bank. Mijn moeder moet
me ’s avonds ondersteunen als ik naar mijn bed loop, wat een troep die chemo.
Gisteren begon de misselijkheid al, pavlov-effect dat weet
ik maar dat maakt het niet minder echt. Van de meest vreemde dingen word ik
misselijk, woorden zoals Chemo, infuus, zakken, rode vloeistof, geuren van bepaalde
bomen en afgevallen bladeren, de geur van zoutoplossing en nog meer niet-voor
de hand liggende dingen. Ik bedenk me dat ik dit keer niet misselijk werd van
de zoutoplossing. De zuster knoeide iets voordat ze het slangetje aan het
infuus draaide, misschien dat dat helpt. De volgende keer moet ik er aan denken
dat ik vraag of ze weer iets knoeit, je weet maar nooit. De volgende keer? Er
is geen volgende keer meer.. dit was het.. 8 van 8.. de laatste, the end! Ik
voel me even een soort van opgelucht, maar nog niet helemaal. Dit was de
laatste keer, maar meteen klinkt er een irritant stemmetje wat zegt “ja, voor
nu ja.” Het voelt helemaal niet alsof het nu klaar is. Op de chemo-afdeling
vroeg de zuster halverwege mijn kuur of ze nog slingers op moest hangen omdat
het de laatste keer was. Ik had echter constant mijn ogen dicht omdat ze zeer
deden en ik zo beroerd was, dus ik zou ze toch niet zien. Bij alles denk ik nu
wel “de laatste keer” maar meteen komt daar heel irritant “voor nu ja”
achteraan. De wetenschap dat de kans dat het terugkomt groot is, maakt dat ik
het nog niet echt kan loslaten. Ik neem me voor eerst dit jaar maar eens te
gaan verwerken.
2 weken na de laatste kuur voel ik me redelijk. Ik wil snel
opknappen, sneller dan vorige keren, ik dwing mezelf me goed te voelen en
bewijs mezelf dat de geest zoveel doet. Geestelijk voel ik me goed, sterk,
krachtig en ik dwing af dat mijn lijf zo goed en zo kwaad als het gaat mee
doet. Al snel probeer ik lopend ergens heen te gaan. Dit gaat nog niet zo goed
als ik zou willen maar kleine stukjes lukken al wel redelijk. Ik kan me dan
geestelijk krachtig voelen, mijn geheugen daarentegen werkt totaal niet mee. Als
ik 2 weken na mijn kuur in de supermarkt sta staar ik naar het pinscherm.. mijn
hoofd is compleet leeg, waar mijn pincode zat zit een zwart gat en ik kan met
geen mogelijkheid terughalen wat het ook alweer was. Mijn vader moet
uiteindelijk komen om met een andere pas af te rekenen, hoe vreselijk gênant.. mensen
vertellen me dingen die ik een dag later vergeten ben. Ik voel me hele dagen
alsof ik dronken ben wat betreft concentratie en heb niet eens de lol van het
drinken ervaren. Ik kan me mijn laatste borrel niet eens herinneren en denk dat
ik na 2 slokken al onder de spreekwoordelijke tafel lig.
Aan mijn weerstand merk ik ook dat de laatste 2/3 kuren er
flink ingehakt hebben. Ik ben ontzettend verkouden en blijf maar hoesten. Na
een paar dagen flinke hoestbuien gehad te hebben, valt het steeds meer op dat
er een soort bobbel omhoog komt waar ik de laatste keer geopereerd ben. Voor de
zekerheid dus maar even langs het ziekenhuis, voorlopige diagnose; inwendige
wondbreuk. Heel fijn.. de chirurg moet het nog bevestigen maar dat zou weer een
operatie betekenen om het te herstellen. Operatie nummer 4 in een jaar tijd. Eerst
even wachten tot mijn weerstand wat hersteld is, nu zou de kans op infectie
groot zijn. Zucht.. als ik ergens geen
zin in heb is weer in het ziekenhuis liggen.
Ik merk dat ik echt ontzettend de balen
heb van het thuis zitten, van het stil zitten ook vooral. Ik wil constant iets
doen al laat mijn lijf dat nog niet toe. Een uitstapje naar de supermarkt en ik
ben de rest van de dag alweer uitgeput. Gelukkig staan er nog een paar films op
mijn watch-list dus daar vermaak ik me in ieder geval ’s avonds mee. Overdag
probeer ik mezelf te vermaken met kleine dingen regelen en een sjaal haken voor
mijn kleine nichtje, aangezien ik de conditie van een oma heb, heb ik ook een
hobby opgepakt met een oma-image. Ondertussen wacht ik vooral tot mijn haar
weer gaat groeien, ik kan niet wachten tot ik de kanker-mutsjes en
kanker-sjaaltjes naar zolder kan sturen. Een paar millimeter zou al mooi zijn! Behalve
dat ik het ontzettend gehad heb met de mutsen en sjaals zou het ook rode
hoofden in de winkel schelen. Zo riep een vriendin een poos geleden door de
H&M “hej kijk, dit is echt wat voor jou”(terwijl ze een bloemetjes-haarclipje
omhoog houdt). Om vervolgens met een knalrood hoofd te stamelen “oh… je hebt
natuurlijk geen haar meer..”. Waar ik hartelijk om kan lachen terwijl zij me
verbied om het in mijn blog te zetten (tja, pech ;)). Dusja, het is echt niet
alleen maar eigenbelang dat ik hoop dat mijn haar snel groeit, en daarnaast is
het ook nog een verdomd koud!